De Ubbink-piep
De doorgewinterde werknemer van Ubbink zoekt op de daken continu naar ‘de Ubbink-pijp’. ‘Als ik een straat inloop en ik zie geen Ubbink-piep, denk ik toch: man, man, man’, zegt Gerie Schunk, al 38 jaar in dienst van Ubbink.
De doorgewinterde werknemer van Ubbink zoekt op de daken continu naar ‘de Ubbink-pijp’. ‘Als ik een straat inloop en ik zie geen Ubbink-piep, denk ik toch: man, man, man’, zegt Gerie Schunk, al 38 jaar in dienst van Ubbink.
De Ubbink-pijp, het is een andere benaming voor de rookgasdakdoorvoer. Wat is eigenlijk het verhaal achter die pijpjes? En hoelang staan die nog op onze daken?
Ubbink begint omstreeks 1970 met de productie van rookgasdakdoorvoeren. Daar is veel vraag naar, omdat kachels en haarden worden vervangen door centrale verwarming. Het rookgasafvoersysteem zorgt ervoor dat schadelijke verbrandingsgassen van de cv-ketel naar buiten worden afgevoerd.
Met het oog op de veiligheid moeten rookgasafvoersystemen voldoen aan regels en normen. Zo moest de rookgasdakdoorvoer lange tijd een aluminium afvoerbuis hebben en mocht alleen de buitenkant van kunststof zijn. De Rolux 5G van Ubbink, in 2012 geïntroduceerd, is de eerste rookgasdakdoorvoer die van meet af aan ontwikkeld is in 100 procent kunststof.
De verkoop van kunststof rookgasafvoersystemen heeft in Nederland vooral een enorme boost gekregen door een gelijkwaardigheidsverklaring. Die is op verzoek van Ubbink geschreven door de Nederlandse Organisatie voor toegepast-natuurwetenschappelijk onderzoek (TNO).
Met deze gelijkwaardigheidsverklaring is de toepassing van kunststof breed geaccepteerd in zogeheten opstelruimtes voor cv-ketels.
Het materiaal dat van de dak- of muurdoorvoer naar de ketel loopt, mocht eerder niet van kunststof zijn. De verklaring heeft daar verandering in gebracht en is gebaseerd op het feit dat oppervlaktetemperatuur van CE-gekeurde kunststof bij een rookgastemperatuur van 120 graden nooit boven de 90 graden kan komen en dus niet tot ont- en verbranding kan leiden. ‘De gelijkwaardigheidsverklaring is cruciaal geweest in de acceptatie op de Nederlandse markt’, zegt Floor van Dijk, al 33 jaar werknemer op de Research & Development-afdeling van Ubbink.
Door de energietransitie is het de vraag hoelang de rookgasdakdoorvoeren nog blijven bestaan. Als Nederland daadwerkelijk van het gas af gaat, zijn de ‘pijpjes’ niet meer nodig. ‘Voor nieuwbouw is “rookgas” wel uitgespeeld’, zegt Van Dijk. Maar dat is nog altijd een relatief klein percentage. Voor de beeldvorming: per jaar worden zo’n zeventigduizend nieuwe huizen gebouwd, tegenover vierhonderdvijftigduizend ketelrenovaties. Van Dijk: ‘Als vandaag de cv kapot is, zit er morgen een nieuwe ketel in je huis met een pijp in het dak. Die markt zal dus hoe dan ook nog blijven bestaan.’
En ook voor alternatieven van gas zal er een afvoer door het dak of de muur moeten. De medewerkers van Ubbink kunnen dus nog wel even blijven zoeken naar de kenmerkende Ubbink-piep.
De resultaten van de digitaliseringsslag bij Ubbink worden op korte termijn steeds meer zichtbaar én voelbaar voor medewerkers, klanten en leveranciers, vertelt Oliver Glöckner. Als Director Finance and IT van Ubbink Centrotherm Group (UCG), waar Ubbink onderdeel van is, is Glöckner verantwoordelijk voor de financiën en ICT.
Lees meerGepassioneerd beweegt directrice Carin Hendriksen door de proefopstelling in de fabriek. Vol enthousiasme vertelt ze over de door Ubbink gemaakte tools die het de werknemer makkelijker gaan maken. En met trots praat ze over de in eigen beheer ontwikkelde en gebouwde werkplekken, helemaal ergonomisch verantwoord. ‘Ik geloof erin dat wij nog altijd de concurrentiestrijd met landen als China kunnen winnen. Maar dan moeten we wél slim werken.’
Lees meer